Het is de aftrap van een nog niet werkelijk gestarte campagne: het zelf georganiseerde debat tussen Frans Timmermans (PvdA-GroenLinks), en Pieter Omtzigt (NSC). Tijd en Taak zat op de eerste rij, en doet verslag. 

Het zou moeten gaan over de inhoud, benadrukken beide kandidaten. Tijd om echt thema’s samen uit te diepen. Het verhindert niet dat er af en toe, bijvoorbeeld over kerncentrales en duurzaamheid, vrolijk wat stekeligheden worden uitgewisseld. Het debat is verdeeld in drie thema’s: goed bestuur is door NSC aangedragen, en klimaat door ‘Verenigd Links’, zoals Timmermans de samenwerking af en toe noemt. Het slotthema bestaanszekerheid is een onderwerp dat beide partijen agenderen.

Goed bestuur

We starten met ‘goed bestuur’. Hoewel het een niet onbelangrijk thema is, valt het op dat Omtzigt dit als eerste en meest belangrijke thema agendeert, en ondanks zijn populariteit vervolgens komt met een vrij saaie, en voor veel kiezers redelijk ondoorgrondelijke reeks van technische hervormingen. Een constitutioneel hof, een andere manier van toezichthouden en een ander (districten)kiesstelsel. En dat met een bedrukkende ondertoon. Omtzigt noemt het een langetermijnvisie want er zou ‘bij de overheid teveel kapot zijn gegaan om op de korte termijn vertrouwen terug te winnen.’ Gevolgd door: ‘We gaan pas iets doen als iets een crisis is.’ Het is een vrij pessimistische visie op de samenleving, en vooral op de overheid. Omtzigt vraagt niet alleen voor deze ronde de stem van de kiezer maar ook in de toekomst, zo lang gaat dit herstelproject in zijn ogen duren. 

Timmermans repliceert dat het meer om de houding zou gaan. Als de overheid vertrouwen naar burger uitstraalt, dan komt misschien dit vertrouwen ook terug. Daarnaast stelt hij een rigoureuze hervorming van het belastingstelsel voor. Zoals bij veel onderwerpen deze avond, vinden de kandidaten elkaar ook op dit thema. Het maakbaarheidsdenken heeft hier nog niet afgedaan. Of de belastingdienst dit aan zou kunnen, doet vanavond niet ter zake. De grootste geschilpunten liggen of je wel of niet belastingen in Europees verband moet verhogen of niet. De verschillen lijken miniem; of hebben de kandidaten afgesproken elkaar te sparen?

Klimaat 

Dan naar klimaat. Timmermans trapt af met de stelling dat bestaanszekerheid voor toekomstige generaties vooral klimaatpolitiek is. En stelt een Nederlandse green deal voor: lokale duurzaamheid en een alliantie tussen natuur en landbouw, maar wel duurzaam. Deze Green deal wil hij in eerste 100 dagen in het kabinet afspreken. Het staat symbool voor Frans Timmermans in de start van deze campagne: strijdbaar, energiek, zelfovertuigd. Het zijn geen slechte eigenschappen voor een nieuwe linkse lijsttrekker. Timmermans straalt uit dat hij er zin in heeft.

Omtzigt is rustig, straalt uit dat hij de details op orde heeft en hier al jarenlang aan werkt en voor vecht. Tegelijkertijd blijft hij wel heel vaak hangen in hoe het allemaal mis is gegaan in vorige kabinetten, liefst op het gebied van zijn stokpaardjes. Zoals de subsidiëring van zware elektrische auto’s. Het verschil tussen de kandidaten zit op hoe sterk je wilt interveniëren: bijvoorbeeld in de mate waarin de intensieve veehouderij teruggebracht moet worden. En ook op het gebied van kernenergie liggen de partijen behoorlijk uit elkaar. ‘Laten we in godsnaam de feiten voor zich spreken’, roept Timmermans uit. ‘Altijd spreekt rechts over kerncentrales en gebeurt er vervolgens niks.’

Bestaanszekerheid

Tot slot bestaanszekerheid. Beide politici willen het begrip breed invullen. Het gaat niet alleen om inkomen, maar ook over zorg en woningen. Als we naar de details gaan, dan komen de verschillen. De altijd weer vermoeiende loonprijsspiraal wordt bij de discussie over het minimumloon door Omtzigt geïntroduceerd, die geen substantiële verhoging van het minimumloon naar bijvoorbeeld 16 euro wil. Ook noemt hij een feitenvrij voorbeeld over Spanje, dat zogenaamd met een enorme jeugdwerkloosheid kampt door het verhoogde minimumloon. Dit is simpelweg niet waar (er was altijd al een hoge jeugdwerkloosheid), en geeft te denken over de inhoudelijkheid en feitelijkheid van de dossiervreter Omtzigt. Timmermans geeft vilein aan dat Omtzigt zijn voorstellen misschien net als GroenLinks-PvdA kan laten doorrekenen. 

En merkwaardig genoeg gaat het opeens ook over migratie, dat Omtzigt weer aan zorg en woningnood weet te koppelen. Linkse kiezers moeten zich in zijn echte standpunten verdiepen. Omtzigt mag het thema bestaanszekerheid graag in de mond nemen – de vraag is of mensen met lage inkomens nu werkelijk zo veel aan zijn concrete voorstellen gaan hebben, en of Omtzigt nu werkelijk zoveel om solidariteit geeft. Hopelijk komt het in de campagne nog verder aan de orde: het volgende debat gaan de fluwelen handschoenen wellicht wél uit.