Geloven in democratie? Met deze vraag begon ik aan deze column, het was wat last minute en ik had snel argumenten nodig die ik niet allemaal zelf wilde verzinnen. Ik had een ingeving, ik besloot de familiegroepsapp voor een serieus gesprek te gebruiken.

We voerden de hele avond, tot diep in de nacht, een online-debat over het geloof in de democratie. Het was een gesprek tussen waarbij dertien volwassenen betrokken waren. Ze hebben uiteenlopende beroepen, hun leeftijden variëren van 23 tot 65 en ze stemmen op verschillende partijen. Er zijn (tand)artsen en timmermannen, er is een geboren lerares en een facility-manager pur sang, echte techneuten en echte academici die allemaal graag de wijde wereld intrekken. En ze stemmen op de VVD, het CDA, de PvdA en vast ook D66. Een PVV’er heb ik niet kunnen betrappen.

Stiekem hoopte ik op argumenten tegen de democratie. Dat zou het debat interessant maken, dacht ik. Argumenten die Churchill’s stellingname zouden steunen: democratie is de slechtste vorm van regeren, na alle andere vormen. Immers, ga 5 minuten in gesprek met een gemiddelde kiezer en democratie vind je helemaal niets, iets wat hij ook zei. We klagen en zeuren zo in Nederland, heel vervelend, vind ik. Maar dat wat ik had gehoopt, kwam, gelukkig eigenlijk, niet uit. Een bevlogen debat met uitgesproken voorstanders voor democratie, met enkele kritische kanttekeningen, vond plaats in mijn familieapp.

Zo werd er gesteld:

‘De vertegenwoordigingsdemocratie die wij hebben is prima, maar er moeten geen referenda worden gehouden, die werken niet’. Inderdaad, een van de dingen die mij is bijgebleven van het vak bestuursrecht dat ik ooit volgde is dat mensen over het geheel genomen vrij conservatief stemmen – dus tegen veranderingen. Referenda helpen daarom meestal niet bij het tot stand brengen van progressieve ideeën.

Hij stelde ook: ‘Versplintering zoals nu plaatsvindt, vind ik waardeloos, maar is in feite de ultieme democratie. Zie hier het dilemma. Soms verlang je naar een groepje mensen die weliswaar zijn gekozen, maar gewoon wel doet wat moet gebeuren, omdat je ervan uitgaat dat zij het beter weten dan de kiezer. En ja, dan doen ze ook dingen waar je misschien niet voor hebt gekozen, maar die wel wijs en verstandig zijn.’

Een ander familielid bracht daarbij in dat het huidige kabinet het best goed gedaan heeft en dat wij een beetje geduld moeten hebben en hard moeten blijven werken.

Interessant genoeg vond een derde familielid, dat het juist moeilijk is de resultaten van een kabinet op het gebied van nieuwe wetgeving te beoordelen op hun succes. Zonder inzicht in bestuurskunde is het voor veel mensen lastig een goede politieke keuze te maken, te bepalen waarop te stemmen, om zo hun doelen te bereiken. Zijn voorstel was daarom om minder vaak te gaan stemmen, bijvoorbeeld slechts een keer in de vijf of zes jaar.

Een vierde familielid voelde zich laat op de avond hierdoor opeens aangesproken. Nee, verkiezingen elke vier jaar moeten we behouden, democratie heeft zin, omdat het vorm geeft aan ons wensdenken. Elke vier jaar verkiezingen geeft individuen in de maatschappij de gelegenheid vorm te geven aan zijn of haar wens.

Zie hier een aantal hele mooie uitspraken over geloven in democratie. Wauw. Ik was, en ben, nog steeds onder de indruk. Niets geen zure prietpraat over slechte bestuurders, politici die er niets van bakken of het domme volk. Nee, democratie is het erfgoed van onze samenleving en stemmen is een verworven recht. ‘Gewoon af en toe stemmen en tussendoor een beetje vertrouwen hebben’, zoals een zwager zei. Mijn familie gelooft in democratie. En ik ook. Ze hebben me overtuigd. De kern van democratie is je stem laten horen. Vrijuit kunnen spreken, ook in een groepsapp, en af en toe stemmen, is geloven in democratie.