Op 30 november 2014 sprak Eerste Kamerlid Nico Schrijver tijdens de Banning Conferentie over “de bezieling van Europa”. Hij pleit voor een Europa dat gedreven door waarden een alternatief biedt voor de harde machtspolitiek van de grote mogendheden.

Nico Schrijver
Nico Schrijver is hoogleraar Internationaal Publiekrecht en wetenschappelijk directeur van het Grotius Centre for International Legal Studies aan de Universiteit Leiden. Hij is Eerste Kamerlid voor de PvdA. Foto: Mariska Heijs

Europa is meer dan de naam van een werelddeel en meer dan de mooie Griekse mythe over Zeus en zijn geliefde prinses Europa. Europa is een belangrijke bakermat van de westerse beschaving. Europa heeft vele gedeelde waarden en normen die typisch Europees zijn en die zich na het einde van de Koude Oorlog ook verspreid hebben naar de voormalige Oostbloklanden. Het Europa waar ik over spreek, kent verschillende samenwerkingsverbanden, waaronder de Europese Unie, de OVSE en de Raad van Europa. Ik zal hier vooral ingaan op de Europese Unie.

Artikel 3 van het Lissabonverdrag (de vervanger van de Europese Grondwet) geeft de belangrijkste waarden van de EU goed weer: democratische rechtsstaat; vrede en veiligheid; respect voor en bescherming van mensenrechten; solidariteit en wederzijds respect tussen de volken; vrije en eerlijke handel; uitbanning van armoede; duurzame ontwikkeling van de aarde. Artikel 21 vertaalt dat op inspirerende wijze in de doelstellingen voor internationale politiek. De kracht en bezieling van de Europese Unie is dat zij als civiele supermacht met een breed scala aan bij uitstek niet-militaire middelen in staat is bij te dragen aan een vreedzamere en veiligere wereld. Een breed en geïntegreerd veiligheids- en ontwikkelingsbeleid van Europese landen vraagt eerder om meer dan minder Europese samenwerking. Geen enkel Europees land is nog langer in staat de grote bedreigingen van internationale veiligheid effectief tegen te gaan. Een beter en meer doeltreffend buitenlands beleid van de Europese Unie is daarom dringend nodig. Daarmee onderscheidt het zich van andere beleidsterreinen, bijvoorbeeld van volkshuisvesting of onderwijs.

Oekraïne
Aan de hand van drie voorbeelden zal ik laten zien hoe dat geïntegreerde Europese veiligheids- en ontwikkelingsbeleid er uit kan zien. Het internationale recht beschermt de territoriale integriteit van een staat. Een staat mag niet zonder toestemming gewapend het grondgebied van een andere staat binnenvallen. Ook mag de bevolking in een gebied binnen een staat zich niet zomaar afscheiden van het moederland. Tenzij sprake is van langdurige en ernstige onderdrukking door een regering die niet de bevolking als geheel vertegenwoordigt. Dat was in Oekraïne niet het geval. Zowel de afscheiding van de Krim als het Russische annexatiebesluit zaten internationaalrechtelijk dus fout. Rusland had uiteraard wel zijn zorgen over de positie van Russen en hun mensenrechten binnen Europese organisaties aan de kaak kunnen stellen. Daar had Rusland genoeg redenen toe, maar het land liet na dit in deze fora te doen.

3D-benadering voor Syrië
De situatie in Syrië vereist een meersporenaanpak. Het is een hoogst ingewikkelde kluwen van etnische conflicten, van spanningen tussen diverse religieuze groepen met vooral de gematigde moslims en de christenen als slachtoffers. Het regime-Assad is meedogenloos en schrikt er niet voor terug de eigen bevolking te terroriseren en te vermoorden als dat nodig lijkt om de macht te behouden. De rebellenbewegingen zijn al even geradicaliseerd, met voorop de terreurgroep Islamitische Staat. Eenvoudige oplossingen zijn er niet. De luchtbombardementen op de stellingen en commandocentra van de Islamitische Staat zijn noodzakelijk, in een poging het oprukken van deze terroristische beweging een halt toe te roepen. Tegelijkertijd is duidelijk dat het onvoldoende doeltreffend is. Een ideologie laat zich niet vanuit de lucht wegbombarderen.
Het is hoog tijd dat Europa in de patstelling rondom Syrië met eigen ideeën komt. De 3D-benadering zou zo’n eigen idee kunnen zijn. Er is diplomacy nodig: samenwerking met andere landen en organisaties (vooral in de Arabische regio), zonder het monopolie op moraliteit te claimen. Er is defence nodig: bescherming van de burgerbevolking, humanitaire hulp en bufferzones tussen de strijdende groepen vanuit een VN-vredesoperatie. Ten slotte is er development nodig: als het lukt om de situatie te stabiliseren, zal er een perspectief van wederopbouw en ontwikkeling moeten komen. Alleen dan zullen ook de enorme migratiestromen vanuit de regio naar onder meer Europa stoppen.

Veranderende ontwikkelingssamenwerking
Vanaf dit jaar wordt gesproken over de toekomst van de Europese ontwikkelingssamenwerking die op verdragsleest is geschoeid. Naast de EU en haar 28 lidstaten zijn daar 78 ontwikkelingslanden bij betrokken. Ik zal de eerste zijn die vindt dat er aanpassingen nodig zijn, in het licht van opgedane ervaringen, veranderde omstandigheden en nieuwe noden en behoeften. Het is belangrijk dat wij dit thema ook in onze partij intensief gaan volgen en ons niet in een verlammende donor fatigue dan wel cynisme over de bereikte resultaten laten meeslepen. Na de zo lang gepropageerde gelijkheid van de partners is het ook wel zo fatsoenlijk dat we goed naar de partners in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan luisteren hoe zij de toekomst van hun samenwerking met Europa zien.

Ik ben ervan overtuigd dat een goed georganiseerd Europa het in zich heeft om met elan een wenkend alternatief te bieden voor de harde machtspolitiek van de grote mogendheden. Dat kan alleen wanneer we ons daarbij steeds laten bezielen door de grote Europese waarden van de democratische rechtsstaat, versterking van de internationale rechtsorde, tolerantie, solidariteit tussen de lidstaten en het uitbannen van armoede in de wereld.

Door Nico Schrijver